Vernieuwd EPC geeft kostenraming om woning energiezuiniger te maken

Het vernieuwde EnergiePrestatieCertificaat (EPC) geeft niet alleen aan hoe energiezuinig de woning is, maar ook welke aanpassingen en investeringen nodig zijn om de woning te verduurzamen. "De vernieuwing kadert immers in de ambitie van de Vlaamse regering om tegen 2050 alle huizen en appartementen in Vlaanderen even energiezuinig te maken als een nieuwbouwwoning vandaag", aldus Vlaams Energieminister Lydia Peeters.

Vlaanderen verplicht al sinds 2008 het EPC bij het verkopen of verhuren van een woning. Het EPC geeft op basis van de aanwezige muur- en dakisolatie, ramen en deuren en de installaties voor verwarming en het verwarmen van water inzage in het energieverbruik per jaar en per m2 bruikbare vloeroppervlakte (kWh/m2 jaar). Begin januari 2019 lanceerde het Vlaams Energieagentschap (VEA) een vernieuwd EPC. Om het resultaat leesbaarder te maken, krijgt elke wooneenheid naargelang het energieverbruik een label van A+ (meest duurzaam) tot F.

Om de mensen aan te zetten hun panden te verduurzamen, toont het nieuwe EPC ook meteen wat er goed of minder goed is aan de woning en welke aanpassingen nodig zijn om een beter energielabel te halen. Het doet daarvoor de nodige aanbevelingen en reikt ook tips en tricks aan om de renovatie zo doordacht mogelijk te plannen. Enkel voor eengezinswoningen wordt ook een kostenraming opgemaakt om tot een beter energielabel te komen.

Uit een recent onderzoek van de KU Leuven bleek dat energiezuiniger woningen bij verkoop hogere prijzen halen, sneller verkocht geraken en makkelijker een hypotheek bekomen bij de bank. Dat er echter nog veel werk aan de winkel is om woningen energiezuinig te maken, blijkt uit een analyse van de 3.288 EPC's voor eengezinswoningen en 1.904 EPC's voor appartementen die sinds januari werden opgemaakt. Bij eengezinswoningen kreeg liefst 36 procent een F-label en 16 procent het E-label. Slechts 7 en 2 procent kregen een B- en A-label. Bij de appartementen, die doorgaans veel compacter zijn dan eengezinswoningen, is de situatie beter. 33 procent kreeg er een B-label en 27 procent een C-label. Slechts 21 procent haalde er minder dan het D-label. Terwijl er per provincie weinig verschillen genoteerd werden bij de eengezinswoningen, scoort bij de appartementen Limburg (gemiddeld C-label) het best en Antwerpen en Vlaams-Brabant (gemiddeld D-label) het minst goed.